Nieuwsbericht
Joodse begraafplaats in Bellingwolde moet worden opgeknapt.
14-5-2020 - Joodse begraafplaats in Bellingwolde moet worden opgeknapt: 'Overwoekerde graven, dat is ongewenst en ongepast'
De Joodse begraafplaats in Bellingwolde moet hoognodig worden opgeknapt. Met name aan de steeds voortwoekerende coniferen moet iets worden gedaan.
Dat zegt Willem Fokkens namens het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK). Hij heeft bij de gemeente Westerwolde, de eigenaar, aan de bel getrokken.
De begraafplaats is een van de kleinere Joodse rustplaatsen in de provincie Groningen. Hij werd in 1880 in gebruik genomen en herbergt nu nog 14 stenen. Een aantal daarvan hoort bij kindergrafjes. De rustplaats was van de gemeente Bellingwedde en ging na de herindeling in 2018 over naar Westerwolde.
‘Situatie is heel ongewenst’
Wie de begraafplaats bezoekt, ziet maar enkele van de 14 stenen. Andere worden aan het oog onttrokken door de coniferen. Die hangen over de zerken heen. ,,En dan weet je dat hun wortels net zo ver onder de grond doorlopen’’, aldus Fokkens. ,,Hoe zeer ze daar de graven beschadigen, weet ik niet. Maar de situatie is natuurlijk heel ongewenst en ongepast. En als er niets gebeurt, kunnen de coniferen op een bepaald moment ook omvallen en stenen beschadigen. Ze moeten daarom worden verwijderd.’’
Met dat doel voor ogen heeft Fokkens contact opgenomen met de gemeente. ,,Zij is immers de eigenaar. Veel van de Joodse begraafplaatsen in de provincie zijn van het NIK, deze niet. De gemeente pleegt overigens wel onderhoud hoor, zo wordt het gras gemaaid, maar aan die voortwoekerende coniferen is al geruime tijd niets gedaan. We hopen dat de gemeente toch een bedrag daarvoor op tafel wil leggen. Dan willen wij als NIK ook proberen een subsidie via de provincie te krijgen.’’
Woordvoerder Kasper Schomaker van Westerwolde stelt dat de ‘coniferen-problematiek’ bij de gemeente bekend is. ,,Daar willen we samen met NIK zeker iets doen waarbij die organisatie kijkt of subsidies verkregen kunnen worden. Het is dus zeker de bedoeling die begraafplaats op te knappen.’’
Bron: Dagblad van het Noorden (Marcel Looden)
De Joodse begraafplaats in Bellingwolde moet hoognodig worden opgeknapt. Met name aan de steeds voortwoekerende coniferen moet iets worden gedaan.
Dat zegt Willem Fokkens namens het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK). Hij heeft bij de gemeente Westerwolde, de eigenaar, aan de bel getrokken.
De begraafplaats is een van de kleinere Joodse rustplaatsen in de provincie Groningen. Hij werd in 1880 in gebruik genomen en herbergt nu nog 14 stenen. Een aantal daarvan hoort bij kindergrafjes. De rustplaats was van de gemeente Bellingwedde en ging na de herindeling in 2018 over naar Westerwolde.
‘Situatie is heel ongewenst’
Wie de begraafplaats bezoekt, ziet maar enkele van de 14 stenen. Andere worden aan het oog onttrokken door de coniferen. Die hangen over de zerken heen. ,,En dan weet je dat hun wortels net zo ver onder de grond doorlopen’’, aldus Fokkens. ,,Hoe zeer ze daar de graven beschadigen, weet ik niet. Maar de situatie is natuurlijk heel ongewenst en ongepast. En als er niets gebeurt, kunnen de coniferen op een bepaald moment ook omvallen en stenen beschadigen. Ze moeten daarom worden verwijderd.’’
Met dat doel voor ogen heeft Fokkens contact opgenomen met de gemeente. ,,Zij is immers de eigenaar. Veel van de Joodse begraafplaatsen in de provincie zijn van het NIK, deze niet. De gemeente pleegt overigens wel onderhoud hoor, zo wordt het gras gemaaid, maar aan die voortwoekerende coniferen is al geruime tijd niets gedaan. We hopen dat de gemeente toch een bedrag daarvoor op tafel wil leggen. Dan willen wij als NIK ook proberen een subsidie via de provincie te krijgen.’’
Woordvoerder Kasper Schomaker van Westerwolde stelt dat de ‘coniferen-problematiek’ bij de gemeente bekend is. ,,Daar willen we samen met NIK zeker iets doen waarbij die organisatie kijkt of subsidies verkregen kunnen worden. Het is dus zeker de bedoeling die begraafplaats op te knappen.’’
Bron: Dagblad van het Noorden (Marcel Looden)